Het wagenpark moet groener, zoveel is duidelijk in het mobiliteitsplan van de federale regering. Wij zetten de belangrijkste aandachtspunten op een rij.

Gestegen voordeel van alle aard

Aangezien de referentiewaarden om het voordeel van alle aard te berekenen zijn gedaald, stijgt het VAA dit jaar. De referentie-CO2-uitstoot bedraagt dit jaar 67 g/km voor dieselwagens en 82 g/km voor voertuigen met bezine-, LPG- of aardgasmotor. Dat is een daling van respectievelijk 8 en 9 g/km. Het minimumbedrag voor het voordeel van alle aard bedraagt op dit moment €1.540 voor inkomstenjaar 2023. Voor elektrische wagens verandert er niks, aangezien die voertuigen geen CO2 uitstoten.

Fiscale aftrekbaarheid fossiele brandstoffen beperkt tot 50%

Sinds 1 januari zijn de benzine- en dieselkosten van hybride wagens maar voor 50% meer aftrekbaar. Op die manier wil men het elektrische gebruik van de wagens aanmoedigen. Voor hybride auto’s die vóór 2023 werden aangekocht, blijft de oude aftrekregeling gelden.

In de toekomst

Vanaf 2026 verstrengen de aftrekregels voor voertuigen zonder nuluitstoot verder. Voor wagens met een klassieke verbrandingsmotor – waartoe ook hybrides (gedeeltelijk) horen – aangekocht tussen 1 juli 2023 en 31 december 2025 wordt de fiscale aftrekbaarheid vanaf 1 januari 2026 geleidelijk aan verminderd tot nul in 2028. Tegen 2035 zullen in de Europese Unie geen nieuwe wagens meer verkocht mogen worden die met benzine of diesel rijden.

Ook belangrijk: koop je vóór 1 januari 2027 een koolstofemissievrije wagen (vb. een auto op waterstof of volledig elektrische auto), dan blijft die levenslang voor 100% fiscaal aftrekbaar. Elk jaar na die datum vermindert de aftrekbaarheid voor nieuw aangeschafte voertuigen. In 2031 wordt de fiscale aftrekbaarheid geplafonneerd op 67,5%.

Soldiariteitsbijdrage stijgt vanaf juli 2023

Voor het privégebruik van bedrijfswagens geldt geen voordeel van alle aard, maar moet de werkgever een solidariteitsbijdrage betalen. Hoe groot die bijdrage is, hangt af van de CO2-uitstoot en type brandstof van de wagen. In 2023 ligt de indexeringscoëfficiënt waarmee de bijdrage wordt berekend op 1,5046 (in vergelijking met 1,3525 het jaar daarvoor). Het minimum van de RSZ-bijdrage ligt op dit moment vast op 31,34 euro. Dat bedrag geldt ook voor elektrische wagens.

In de toekomst

Binnenkort verhoogt de RSZ-bijdrage met een aanzienlijke factor. Vanaf juli 2023 is dat met 2,25. In januari 2025, 2026 en 2027 wordt dat respectievelijk 2,75, 4 en 5,50. Die verhoging wordt niet toegepast op wagens die voor 1 juli 2023 worden aangekocht, geleaset of gehuurd.

Ook de minimumsolidariteitsbijdrage verandert in de toekomst. Vanaf 1 januari 2025 is dat 23,41 euro. In 2026 betaal je minimum 25,99 euro. Vanaf 1 januari 2027 wordt dat 28,57 euro, het jaar daarna 31,15 euro. Opnieuw gelden deze bedragen niet voor wagens die voor 1 juli 2023 zijn gekocht, gehuurd of geleaset.